18 april 10.40 uur: Lezing ‘Een daad van liefde’

Voordracht op Witte Donderdag na de mensenwijdingsdienst
Onder dit gesternte wil ik graag de gebeurtenissen van de Goede Week behoedzaam aftasten. Rudolf Steiner spreekt in zijn voordracht in Oslo op 2 oktober 1913 over de innerlijke belevenis van de apostel Petrus:
‘Nu wist Petrus dat Jezus aan het kruis gestorven was en dat dit sterven eigenlijk een geboorte was. De geboorte van die geest die zich als alomvattende liefde uitgegoten had in de zielen van de bij het pinksterfeest verzamelde apostelen…. In waarheid was deze dood, waaraan oneindig lijden voorafging, de geboorte voor de hele aarde van wat voordien overal buiten de aarde voorhanden was: de alomvattende kosmische liefde.’ (GA 148)
Wat kan een vruchtbare manier zijn om met het grote lijden in de wereld om te gaan, zodat het ook in ons kan leiden tot de geboorte van een steeds groter wordende liefde?
Hilde Cauwenbergh